DENK-fractievoorzitter Stephan van Baarle heeft zich opnieuw fel uitgesproken over het Nederlandse beleid rondom het conflict in Gaza.
In stevige bewoordingen uitte hij zijn zorgen over de houding van Nederland en bekritiseerde hij met name PVV-leider Geert Wilders.
Volgens Van Baarle kijkt Nederland weg van het geweld in Gaza en zou er zelfs sprake zijn van morele steun aan Israëlische militaire acties.
“We staan te klappen voor genocide,” zei hij in de Tweede Kamer. “Mensen worden afgeslacht, kinderen sterven, en Nederland kijkt weg of, erger nog, moedigt het aan.”
Uitspraken over Wilders en het kabinet
De uitlatingen van Van Baarle volgden op eerdere opmerkingen van Geert Wilders, die volgens hem het Israëlische leger prijst en spreekt over “fantastisch werk” in Gaza.
Van Baarle noemt die woorden pijnlijk en respectloos tegenover de Palestijnse bevolking. Hij vindt dat Nederland zich daarmee aan de verkeerde kant van de geschiedenis plaatst.
Niet alleen de PVV-leider, maar ook het kabinet kreeg forse kritiek. Tijdens een debat op 8 augustus richtte Van Baarle zich tot minister van Buitenlandse Zaken Caspar Veldkamp (NSC).
De minister gaf aan dat er op dat moment geen nieuwe maatregelen tegen Israël gepland stonden, ondanks eerdere diplomatieke zorgen.
Die houding leidde tot een scherpe reactie: Van Baarle beschuldigde de minister ervan “bloed aan zijn handen” te hebben.
Hij benadrukte dat stil blijven volgens hem gelijkstaat aan medeplichtigheid. “Je kunt niet zeggen dat je vrede wilt, maar ondertussen niets ondernemen terwijl mensen sterven.”
Woorden roepen verdeeldheid op
Het gebruik van het woord “genocide” door Van Baarle zorgt voor verdeeldheid in politiek Den Haag. Tegenstanders noemen zijn taalgebruik overdreven en polariserend.
Geert Wilders reageerde op X (voorheen Twitter) met de boodschap: “Van Baarle verdedigt terr0risten en haat Israël. Hij is een schande voor Nederland.”
Toch krijgt Van Baarle ook steun, met name vanuit zijn eigen achterban en organisaties die opkomen voor mensenrechten.
Zij vinden dat hij zegt wat anderen niet durven te benoemen. “Zachte woorden helpen niet meer,” zei Van Baarle eerder. “We moeten de dingen bij de naam noemen.”
Blijvende inzet
De DENK-leider benadrukt dat hij zijn boodschap niet zal verzachten. Voor hem is de situatie in Gaza te ernstig om stil te blijven. “Zolang er kinderen sterven, zal ik mijn mond niet houden,” aldus Van Baarle.
Volgens hem draait het niet om politieke winst, maar om het benoemen van onrecht. “Ik ben niet hier om populair te zijn,” zei hij eerder in een interview. “Ik ben hier om de waarheid te spreken, ook als die ongemakkelijk is.”
Gevoelig debat
Het Israëlisch-Palestijnse conflict blijft een gevoelig onderwerp in Nederland. Termen als ‘apartheid’ en ‘genocide’ roepen heftige reacties op, en het debat is vaak sterk gepolariseerd.
Van Baarle erkent dat, maar vindt dat er ruimte moet zijn voor kritiek op beleid. “We durven niet meer kritisch te zijn op Israël zonder meteen voor antisemiet uitgemaakt te worden,” zegt hij. “Maar kritiek op beleid is niet hetzelfde als haat tegen een volk.”
Met zijn felle uitspraken blijft Van Baarle het debat voeden – en zijn aanwezigheid in de Kamer kleur geven.
Of zijn toon invloed zal hebben op het politieke beleid, blijft voorlopig onduidelijk. Maar zijn standpunt is helder: de situatie in Gaza verdient, volgens hem, meer dan alleen stilte.
